Het nut van een IQ test
In een eerder blog (https://www.sheilavanhorn.nl/blog/322493_iq-test-ja-of-nee) schreef ik over de vraag wanneer en waarom je je kind zou laten testen.
Dit keer wil ik het nut van de IQ-test bespreken. Met andere woorden: wat heb je aan de uitslag van een IQ-test en wat kan je ermee?
Zelf neem ik de WPPSI – IV af bij jonge kinderen (2,5-6 jaar) en de WISC-V bij oudere kinderen (6-17 jaar). Voor het gemak bespreek ik hier de WISC-V omdat dit de meest gebruikte IQ-test is bij hoogbegaafde kinderen. De WPPSI is vergelijkbaar, al zijn de subtesten (opdrachten) soms anders vormgegeven en meer afgestemd op het jonge kind.
Uitslag IQ test
De behaalde score wordt in een Totaal IQ (TIQ) gegeven. Voorheen werden nog puntscores gegeven (bijvoorbeeld: TIQ 134). Tegenwoordig kiest men voor een intervalscore (bijvoorbeeld: TIQ 127 - 139). Hier wordt voor gekozen omdat er altijd sprake is van een momentopname en er kleine meetfoutjes kunnen hebben plaatsgevonden. Door een interval te hanteren doet men meer recht aan de potentiële vaardigheden van het kind.
Het TIQ geeft een idee van waar je kind zich op intellectueel gebied bevindt ten opzichte van leeftijdsgenootjes.
TIQ =100 is gemiddeld,
TIQ >120 is meerbegaafd,
TIQ >130 is hoogintelligent, met bepaalde zijnskenmerken en gedragskenmerken kan er ook gesproken worden van hoogbegaafd
TIQ > 145 is uitzonderlijk hoogbegaafd
Het is fijn om te weten op welk niveau jouw kind zich ongeveer bevindt. Dit geeft echter nog geen inzicht in bijvoorbeeld sterke of zwakke kanten van jouw kind binnen het eigen profiel en wat jouw kind nodig heeft op school of thuis. Om dit helder te krijgen is de test opgedeeld in verschillende vaardigheidsgebieden (indexen).
De WISC-V bestaat uit 5 verschillende Indexen:
1. Verbaal
2. Visueel ruimtelijk
3. Fluïde redeneren (oorzaak-gevolg, logica)
4. Werkgeheugen
5. Verwerkingssnelheid
Deze indexen bestaan ieder weer uit twee of drie verschillende subtesten die tezamen de score voor een Index bepalen.
Naast het TIQ geeft de test ook de IQ-scores op iedere Index. Door deze scores naast elkaar te leggen, ontstaat een intelligentieprofiel.
En dát geeft een meerwaarde aan de test. Juist vanuit het intelligentieprofiel komt naar voren waar een kind meer of minder moeite mee heeft. Heeft jouw kind een voorkeur voor taal boven ruimtelijk inzicht? Dan komt dit uit de test naar voren doordat op de Verbale Index een hogere score behaald wordt dan op de Visueel Ruimtelijke Index. Ook wordt duidelijk hoe groot dit verschil is, of juist hoe klein.
Veel hoogbegaafde kinderen (maar zeker niet allemaal) scoren in verhouding lager op de Werkgeheugen Index en Verwerkingssnelheid Index. Dit is te verklaren doordat hoogbegaafden graag verbanden leggen en zich baseren op logica en inzicht. Het automatiseren en memoriseren heeft over het algemeen niet hun voorkeur.
Observaties
Naast de behaalde scores op de test, kijkt een tester ook naar hoe het kind zich gedraagt tijdens het testen. Is het gemotiveerd? Zet het door bij moeilijkere opdrachten of haakt het af? Is het verveeld of heel enthousiast? Al deze observaties geven veel extra informatie over het leren van het kind.
Naast onderpresteren, kan zo ook faalangst en perfectionisme in beeld gebracht worden. Dit is waardevolle informatie om vervolgens mee aan de slag te kunnen op school en thuis.
In het adviesverslag en de bespreking ervan, krijg je ontzettend veel handvatten om jouw kind goed te kunnen begeleiden. Zowel voor op school als thuis.
(Hoog)begaafdheidsonderzoek
Een (hoog)begaafdheidsonderzoek gaat verder dan een IQ test en de daarbij horende observaties. Bij het onderzoek wordt gekeken naar zijnskenmerken van hoogbegaafdheid die zich uiten in gedrag en eventuele hooggevoeligheid. Door middel van vragenlijsten aan ouders en leerkrachten wordt dit deel in kaart gebracht.
Tezamen met de IQ test en observaties geeft dit een nog completer beeld, met gerichte handvatten en adviezen voor het onderwijs aan jouw kind en desgewenst opvoedtips voor thuis.
Resultaten
Na afloop van de IQ test en een eventueel uitgebreider onderzoek heb je inzicht in de behoeften van je kind. Je weet wat het nodig heeft om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Bij hoogbegaafde kinderen betekent dit vaak dat er passender onderwijs geboden kan worden. Daarnaast is contact met peers ontzettend belangrijk. Door dit passender onderwijs en peerscontact, nemen eventuele gedragsproblemen af.
Het resultaat:
een kind dat lekker in z’n vel zit, met plezier naar school gaat en een positievere sfeer in huis.
Wil jij een advies op maat over wat jouw kind nodig heeft?
Neem contact met me op, dan maken we een afspraak.
Reactie plaatsen
Reacties